print
interview

Een gesprek over de grenscontroles in de regio Zuid-Zweden, mensensmokkel en de politiedienst die de grenzen bewaakt en de smokkel bestrijdt.

Jonn Lamberth en Anders Engström
Superintendent grenspolitie regio Zuid-Zweden en commandant van dienst van de Zuid-Zweedse politie
27 februari 2016

De dienst

Jonn Lamberth: ‘Ik ben al 17 jaar Schengen-instructeur. Ik mag mensen in hechtenis nemen en beslissen of zij een inreisverbod krijgen. Door mijn werk kom ik in aanraking met politiediensten in heel Europa. Een verschil met Nederland bijvoorbeeld is dat wij geen aparte marechaussee hebben. In Zweden kunnen politiemensen alle disciplines doen.  

Mijn dienst houdt zich met name bezig met de haven en het openbaar vervoer. Sinds het invoeren van de grenscontrole op 4 januari heeft de dienst extra werk op het Hyllie Station (eerste treinstation in Zweden na de grens vanuit Denemarken -red.), de Øresundbrug en de veerboten in de regio.

De mensen die nu op dit station werken zijn van de National Reinforcement. Zij komen uit Göteborg en Noord-Zweden en hebben nog geen ervaring met grenscontroles. De dienst bestaat op dit moment uit bijna 200 politiemensen: 72 van de National Reinforcement en iets meer dan 100 uit de regio.

We waren met 87. De komende tijd groeien we naar 163 mensen bij de grenspolitie en in totaal naar 403 omdat ook de National Reinforcement erbij komt. Daarnaast zijn er ook nog 72 burgercontroleurs.

We hebben geen ambitie gekregen van het nationale niveau. Er zijn ons een aantal middelen toegewezen, maar nu er minder vluchtelingen binnenkomen, krijgen we ook minder middelen. Als we met 6 à 7 op het perron staan, dan is dat te weinig.’

Anders Engström: ‘Deze shift duurt van 14 uur ’s middags tot 22 uur ’s avonds. De middelen worden minder nu, terwijl we juist in het voorjaar, zo rond Pasen weer meer drukte verwachten.’

Jonn Lamberth: ‘Op dit moment schrijven we een rapport voor Stockholm over de gevolgen van een bezuiniging op onze middelen.’

Grenscontroles

Jonn Lamberth: ‘De belangrijkste grensovergangen in deze regio zijn de haven van Trelleborg waar de veerboten uit Duitsland aankomen, en de Øresundbrug.

Sinds 1958 kunnen inwoners van de Scandinavische landen zonder paspoort naar en door elkaars landen reizen. Dat levert nu wel discussie op. Bij de ID-controle bij bijvoorbeeld de trein in Kopenhagen kan een Deen met kinderen reizen zonder aparte ID voor de kinderen. Maar voor de Zweedse grenscontrole is dat wel verplicht. We accepteren het als het duidelijk is dat het om Scandinaviërs gaat.

Voor de introductie van de grenscontrole had bijna 90% geen paspoort of ID-kaart. Op dit moment ligt het aantal asielaanvragen tussen de zes- en zevenhonderd. Aan het begin van deze week een kleine toename met 150 alleen al op maandag en dinsdag. Het is nog onduidelijk waardoor dat komt. Het kan zijn dat er nu mensen worden geregistreerd die al eerder het land zijn binnen gekomen. 70% gaat door naar het noorden, en 30% vraagt hier asiel aan. Tot nu zijn er 15 gevallen geweest waarbij we mensen een inreisverbod hebben gegeven.

De transportbedrijven krijgen een boete van 50.000 Zweedse Kronen (ongeveer 5000 euro). Tot nu toe gaat het om ongeveer 1000 gevallen. Voornamelijk op de trein, soms op de bussen. Bij de ID-controle op het station in Kopenhagen kunnen ze een ID door laten die door onze grenscontrole niet wordt geaccepteerd. Na 6 maanden moet de ID-controle in Denemarken 2 weken stoppen, maar dat geldt niet voor de grenscontrole.

De foto’s die de transportbedrijven in Denemarken maken, zijn om aan Zweden te bewijzen dat ze hun werk hebben gedaan. Ze hoeven geen foto te nemen, ze kunnen het ook doen zoals luchtvaartmaatschappijen dat doen. De foto’s worden tot er een geval is bewaard, uiterlijk drie maanden.

Het invoeren van de grenscontroles is enorm gehyped. Toen het inging waren journalisten hier en zij vroegen de reizigers. Zij zeiden: “Het valt wel mee, vijf minuten extra reistijd.” En dat was het. Vanaf maandag wordt dit weer gekwalificeerd als een normale gebeurtenis. Van 4 januari tot nu was het een speciale gebeurtenis.’

Anders Engström: ‘Als we zeggen “wagon 3”, dan checken we iedereen. We doen niet aan ethnic profiling. Soms steken mensen meteen hun hand op en zeggen “asiel”.’

Jonn Lamberth: ‘Als iemand asiel wil aanvragen dan laten we hen eerst formulieren invullen. Daarna worden ze met een politiebus naar het aanmeldcentrum van Migrationsverket gebracht. In de haven van Trelleborg hebben we 30 tolken, hier 1 of 2. Maar als het nodig is kunnen alle officieren ook tolken bellen.’

Mensensmokkel

Jonn Lamberth: ‘De migratiestromen zijn heel georganiseerd. Op de brug pakken we de meeste smokkelaars op, 1 a 2 per dag. We zouden willen onderzoeken of het netwerken zijn, maar hebben daarvoor de mankracht niet. In hun GPS kunnen we zien dat ze uit Brussel of Parijs komen.

Er zouden smokkelbootjes zijn, maar de kustwacht heeft tot nu toe nog niets gevonden. Taxichauffeurs worden verdacht van mensensmokkel. Ze krijgen geen boete, maar worden vervolgd. We zien ook wel familieleden die vluchtelingen ophalen in Duitsland, maar dat is toch ook mensensmokkel.

Zolang asielzoekers in procedure zitten mogen ze niet van het ene naar het andere land gaan. Toch gebeurt dat wel tussen Denemarken en Zweden. We zien soms ook een Deens politiebusje met Zweedse asielzoekers die naar Denemarken zijn gereden en de asielzoekers ‘terug willen geven’. Maar dat kan natuurlijk niet. Dat moet volgens de Dublin-procedure.

We hebben het er nu over om een verbindingsofficier te hebben in Duitsland, met name in de havens.’

Anders Engström: ‘Wat mogelijk in de zomer gaat gebeuren is de route Duitsland – Bornholm, dat bij Denemarken hoort, maar voor de Zweedse kust ligt, en via dat eiland naar Zweden. Het is een achterdeur. Dus het zal nodig zijn om ook ID-controles op die veerboot in te gaan voeren.

Nu controleren we zo’n 5 a 6 auto’s per uur, in de lente kan dat veel meer worden. Het zijn misschien geen asielzoekers, maar ze moeten wel allemaal gecheckt worden.’

Brandhaarden

Jonn Lamberth: ‘Het probleem ligt niet in Griekenland, de brandhaarden zijn het probleem. Die worden niet zo snel opgelost. Ieder land moet zijn verantwoordelijkheid nemen. Maar wij kunnen niet nog eens 160.000 in een jaar opnemen.’

Gesprek gevoerd op 27 februari 2016. Het gesprek vond plaats op het perron van Hyllie Station waar de treinen uit Kopenhagen aankomen.
Foto: Werry Crone